Ratelaar De ratelaar door Rob Cerneüs, 2007 Ode aan de vuilnisman Het beeld is gemaakt ter gelegenheid van het 130-jarig bestaan van de Reinigingsdienst in de stad. Op het voetstuk:
‘De Ratelaar’ Ode aan de vuilnisman. 130
Jaar reiniging 1877-2007. Het beeld is namens de hoofden reiniging van de stadsdelen en het Afvalenergiebedrijf aan Amsterdam aangeboden. Het staat op het Kwakersplein, de locatie waar in 1908 het hoofdkantoor van de Stadsreiniging werd geopend. Tekst op het
monument: De ratelaar had tot aan de 2de
helft van de 20ste eeuw een belangrijke functie in het Amsterdamse
straatbeeld. Met zijn zware houten ratel maakte hij onderhands verschillende
wijsjes als paard met wagen van de Reinigingsdienst in aantocht was.
Amsterdammers konden dan alvast hun vuilnisemmers aan de trottoirrand
klaarzetten. De ratelaar Over de rol van de ratelaar bestaat enige verwarring. Paul Arnoldussen schrijft in het Parool (19-4-2010): “Met die ratelaar is iets merkwaardigs aan de hand. Men denkt over het algemeen dat die altijd de komst van de vuilniswagen aankondigde. Dat staat ook op de officiële site Amsterdam.nl: ‘Pas op het moment dat de ratelaar de straat inliep en begon te ratelen, mochten de mensen hun vuilnis buitenzetten.’ Dat strookt niet met mijn herinnering – wij zetten de bak gewoon ’s ochtends buiten – maar het zou ook onlogisch zijn. Hoe moesten werkende alleenstaanden – die had je toen ook, zij het in mindere mate – dan van hun vuilnis afkomen? En wat lees ik in het boekje Een stukje potlood van twee-en-een-halve centimeter van Yvonne Kruk, die opgroeide in de Indische Buurt? ‘Als de vuilnisman bijvoorbeeld rond de feestdagen op een ongewone dag kwam, verscheen de ratelman.’ Zo was het, de ratelaar was geen alledaagse verschijning.” Mogelijk komt de verwarring door een in de loop der tijd veranderde functie van de ratelman. Tot in de jaren dertig reed de beerwagen, beter bekend als de Boldootkar, door Amsterdam. Er was nog geen riolering en de emmer uit het gemak werd geleegd in deze strontkar. Het zal verboden zijn geweest de walmende emmers voortijdig aan de weg te zetten en de ratelaar kondigde de aantocht van de Boldootkar aan met geratel en gezang. Een liedje uit die tijd geeft dat ook aan: Als je de de kar van Boldoot ziet, Moet je lachen
of je wil of niet Dan staan de juffertjes aan de deur, met hun emmertje bloemegeur. Tot in de jaren vijftig bleeft de functie ratelaar bestaan. Rinus Voorhaar Marinus Voorhaar (1922-2010), in 2006 de oudste nog levende ratelaar, stond model voor het beeld. Rinus ging na de oorlog aan de slag als veger bij de stadsreiniging. Na een paar jaar werd hij ratelaar en liep hij in blauw uniform voor de vuilniswagen uit om de komst van de ophaalwagen aan te kondigen. Het ratelende geluid droeg ver, tot de bovenste etages van de huizen. Hij bleef het 36 jaar doen. “De mooiste tijd was rond oud en nieuw, dan mochten we aanbellen en om een fooitje vragen. Ik vloog die trappen op en af en ’s avonds zaten we met zijn tweetjes aan tafel de centen te tellen.” Rob Cerneüs (1943)
Kwakersplein Foto’s: maart 2012 Buitenbeelden in Amsterdam West |